WIE KAN EEN PAARDACHTIGE UITSLUITEN UIT DE VOEDSELKETEN? Hierbij een samenvatting van de regels die van toepassing zijn voor het vermelden in het paspoort van de uitsluiting uit de voedselketen van paardachtigen: Wie kan een paardachtige uitsluiten uit de voedselketen? De houder of de eigenaar, geheel vrijwillig: hij vult deel II van de bijlage IX (medische behandelingen) van het paspoort in en stuurt deze informatie (binnen de 8 werkdagen) naar de databank samen met het mutatieformulier Nr 1 en voegt een kopie van de vermelding van de uitsluiting in het paspoort bij. De stempel van een officiële instantie is niet vereist, wel een handtekening van de houder. De behandelde dierenarts: Indien het paspoort aanwezig is, vult de dierenarts deel II van de bijlage IX(medische behandelingen). De houder meldt de wijziging (binnen de 8 werkdagen) aan de centrale databank met het mutatieformulier Nr 1 en voegt een kopie van de uitsluiting vermeld in het paspoort bij. De stempel van een officiële instantie is niet vereist. indien het paspoort ontbreekt, houdt de dierenarts zich aan de dienstinstructie van de FOD. De dierenarts brengt de databank op de hoogte van de statuswijziging via email: info@cbc-bcp.be De officiële dierenarts (FAVV – FOD) in het kader van zijn bevoegdheden. De stempel en de handtekening van de officiële dierenarts worden in de bijlage IX van het paspoort aangebracht. De instantie van aangifte (BCP – Stamboeken) indien de identificatie van de paardachtige gebeurde buiten de vastgestelde termijn (na 31/12 van het geboortejaar of na 6 maanden wanneer de paardachtige geboren na 01/07). De stempel van de officiële instantie is vereist. De uitsluiting uit de voedselketen wordt op het moment van de aflevering van het paspoort vermeld. Omzendbrief FOD 07/07/2014